Verhaal 10: Bolivia; El Último Historia - Reisverslag uit La Paz, Bolivia van Bart Brandts Buys - WaarBenJij.nu Verhaal 10: Bolivia; El Último Historia - Reisverslag uit La Paz, Bolivia van Bart Brandts Buys - WaarBenJij.nu

Verhaal 10: Bolivia; El Último Historia

Door: B3

Blijf op de hoogte en volg Bart

19 Juli 2015 | Bolivia, La Paz

Copacabana, La Paz, Uyuni, Lima, Madrid, Amsterdam, Groningen

“Here comes the Sun" (the Beatles, Abbey Road)

Hola!

Inmiddels ben ik al weer tijden terug in Nederland en valt het schrijven van het laatste hoofdstuk me zwaar. Ik kom er niet aan toe om het (goed) af te maken. Waar ik eerder mijn momenten pakte om te schrijven, heb ik nu alle momenten nodig om overige zaken te doen. Heb ik de tijd niet, of wil ik het niet maken? Misschien is het allemaal een excuus omdat ik het tijdperk gewoon niet wil afsluiten…
Ongetwijfeld waar, maar toch niet de reden van mijn vertraagde update. Wanneer je thuiskomt na een lange reis heb je tijd nodig om er weer in te komen. Tijd om te acclimatiseren zou ik het niet noemen; maar veel mensen verwachten iets van je. Bovendien wil je zelf ook op alle plekken weer ‘terugkomen’ en je gezicht laten zien. Zeker als je ook weer volle bak in je (dubbele) baan moet vliegen, wil promoveren en festivalletjes wil bezoeken, is het schrijven van verhaal 10 niet meer aan de orde. Echter kan ik niet rustig slapen voordat ik de laatste weken heb beschreven. Want dit hoofdstuk mag niet ontbreken, het waren namelijk gedenkwaardige laatste dagen.

Mijn laatste teken van leven was in Copa Cabana, waar ik op het punt stond de grens van Peru naar Bolivia over te steken. Een dag eerder was ik nog in Puno, waar ik afscheid had genomen van mijn reisgenoot Toni. Het was jammer dat onze wegen moesten scheiden, ik had veel gemeen met de inspirerende Oostenrijker, al hadden we op het oog vooral onze huidskleur gemeen.
Vanwege verkiezingen in Bolivia moest ik, door niet opererende bussen, geloven aan een extra dagje Puno. Ik gebruikte mijn tijd wijs door de puzzel van mijn laatste twee weken te leggen, welke een ingewikkelde bleek. Niet alle stukjes pasten en daarom koos ik om Isla del Sol over te slaan, zodat ik tijd had voor andere ‘originelere’ activiteiten. Spijtig op dat moment, maar ik wist dat ik er iets moois voor terug zou krijgen. Bovendien zou ik op deze manier mijn vliegtuig niet missen, althans dat was de bedoeling…

De grensovergang was moeizaam. Er waren geen problemen, maar het duurde vooral lang. Het werd al snel duidelijk dat Bolivia er anders voor stond dan de voorgaande landen die ik had bezocht. De busreizen waren bijzonder ongemakkelijk en tijdens mijn rit naar La Paz zag ik genoeg aanleidingen om te constateren dat de welstand minder was dan in Peru of Ecuador.

Aankomen in La Paz is fenomenaal. De grootste stad van Bolivia ligt op 3600 meter hoogte en wordt vaak beschreven als de hoogstgelegen hoofdstad ter wereld (echter dat is in werkelijkheid Sucre, de hoofdstad van Bolivia). De stad ligt in een kloof achter de hooggelegen vlakte met El Alto. Na eindeloze kilometers over deze vlakte stort de bus zich over het randje, waar de stad als een soort reusachtige kom tevoorschijn ‘komt’.

De reden voor mijn doorreis was een gevaarlijke wens die ingewilligd diende te worden. Voordat ik terug zou keren wilde ik over de gevaarlijkste weg van de wereld rijden; de Death Road. Ooit de grootste en belangrijkste verbindingsweg tussen La Paz en het Noordelijk gelegen Amazonegebied van Bolivia.
De originele naam is de Yungasweg, maar kreeg al snel de bijnaam “El Camino de la Muerte” (ik hoef dit vast niet te vertalen). De naam had te maken met het aantal ongelukken en sterfgevallen die er plaatsvonden. De zeer smalle weg van zo’n 60 kilometer gaat langs angstaanjagende diepe ravijnen en biedt bestuurders geen vangrail. Daar komt bij dat op deze hoogte de weersomstandigheden met de minuut veranderen. De weg kronkelt in totaal zo’n 3300 meter door de wolken naar beneden en brengt je van de ijskoude hoogte tot de jungle van Yungas.

Ik legde onlangs uit dat ik het op de een of andere manier prettig vind om de adrenalinegrens op te zoeken. Ik wil van rotsen afspringen of op randjes balanceren; vandaar dat een bezoek aan deze plek niet uit kon blijven. Ik koos ervoor om met een mountainbike deze 60 kilometer naar beneden te nemen. “Living on the edge” werd ineens wel heel letterlijk.

Omdat de weg niet breder is dan 3,5 meter is er een plaatselijke regel die bepaalt dat de bestuurder die bergafwaarts gaat nooit de weg kan "opeisen". Deze moet zich naar de rand van de weg begeven. Men rijdt hier op deze weg dan ook links, in tegenstelling tot de gehele rest van Bolivia, omdat de bestuurder van een voertuig met het stuur aan de linkerkant een beter zicht heeft op zijn linkerwiel (en de afgrond). Zodoende kan er veiliger gepasseerd worden (wellicht herkent u het fragment van Top Gear)

Na een goede instructie en inspectie van het materiaal stortte ik mezelf naar beneden. Met 600 meter diepe ravijnen naast me fietste ik met een rotgang door hagelbuien, mistbanken, watervallen en schoot ik langs gedenkkruizen en landverschuivingen. Gevaarlijk was het zeker, maar als bestuurder heb je alle controle over de situatie. Wellicht is het daarom voor personen als mijzelf het gevaarlijkst. Ik moet bekennen dat ik het ‘randje’ wel heb opgezocht, maar nooit was ik de controle kwijt.

Het was als totaalplaatje niet het mooiste wat ik heb gedaan of gezien, maar als pure momentopname was het qua mix van omgeving en adrenalinestoot zeker één van de beste momenten. Meesterlijk gewoon, een onbeschrijflijk mooie ervaring.
Inmiddels is er sinds 2006 een nieuwe weg die wel van moderne gemakken is voorzien. Het aantal doden is aanzienlijk gedaald en omdat het z’n 20 jaar duurde om de nieuwe weg te bouwen hebben we maar gekozen om deze in het donker terug te nemen.

De volgende ochtend heb ik samen met een gids een “local city encounter” gedaan, dit bleek een gouden greep. Behalve dat je een beetje wegwijs wordt in de enorme stad, leer je in razend tempo de cultuur (op straat) kennen. Weetjes, feiten en lekker voedsel vliegt je om en tussen de oren. Ik werd ook onderwezen over de manier van openbaar vervoer, want in de drukte van La Paz wil je niet in een auto of taxi (vast)zitten. Maar bovenal zag ik een aantal plekken die ik zelf niet had gevonden. Ik rees af naar El Alto, at vreemde hapjes van de straat, struinde over de zwarte markt, zag mooie gebouwen en bezocht meer versmarkten dan dat goed voor me was. Jessie leidde me langs alle bedenkbare lichaamsdelen van koeien, schapen, lama’s en zeedieren. Als klap op de vuurpijl bezochten we de befaamde Witchesmarket. In de Boliviaanse cultuur is veel sprake van bijgeloof en maken ze nog altijd offers voor moeder aarde (pachamama) voor bijvoorbeeld geluk, voorspoed, liefde en/of gezondheid. Deze ceremonie gaat onder andere gepaard met het verbranden van een lamafoetus, welke gekocht kan worden op deze markplaats. Heel bizar uiteraard, maar met de juiste uitleg erg indrukwekkend en zelfs begrijpelijk.

Die avond was het eindelijk zover. Al vanaf Ecuador probeerde ik op Zuid Amerikaanse bodem een voetbalwedstrijd bij te wonen. Vaak moest ik reizen op de wedstrijddag, was er geen wedstrijd of waren er geen kaarten beschikbaar. Keer op keer was ik ongelukkig, maar nu lukte het me om kaartjes te bemachtigen. Samen met een vriend ging ik naar het hoogstgelegen voetbalstadion in de wereld; Estadio Hernando Siles. Op 3.637 meter zaten we klaar voor een wedstrijd van “the Strongest”. Helaas zag maar één derde van de 40.000 plaatsen dat het thuisteam (met de vreemde naam) daadwerkelijk de sterkste was. Niet vreemd te noemen aangezien de heren van La Paz wel gewend waren op deze hoogte te spelen. Een bijna onmogelijke prestatie om een hele wedstrijd vol te houden in deze omstandigheden. Je kon mij al bijna opvegen toen ik de trappen van het stadion op moest. Daar komt bij dat er niet echt rustig spel gespeeld werd. Opportunistisch voetbal met veel ‘domme’ keuzes, gewaagde acties en knoeperharde tackles. Vreemd voetbal, maar wel aantrekkelijk.
Het bleek nog niet echt effectief, maar met twee goals in de blessure tijd werd de wedstrijd flink opgevrolijkt. Niet dat het nodig was, we hadden het thuisvak gekozen en de “ultra’s” in mijn rug stonden 90 minuten lang te toeteren, trommelen, zingen en feesten. Wat een beleving op de tribune, fantastisch om mee te maken. Voetbal leeft hier echt, wat een respect en wat een geweldige sfeer. In een Ierse pub vond de analyse plaats. De uitkomst; veel te laat thuis..

Wist u dat: Het stadion werd in 2007 door de FIFA verbannen als podium voor voorrondes van eindtoernooien. De hoogte zorgt voor een oneerlijk situatie (zelfs Brazilië kon er zijn wedstrijden niet winnen), vandaar dat het als competitie vervalsing wordt gezien. Na veel protesten is het inmiddels één uitzondering op de Fifa-hoogteregel en pakt Bolivia thuis al haar punten.

Na een dagje struinen over de bizarre markten en een dinertje met oude bekenden, wachtte mijn busreis naar Uyuni. Ik verruilde de stad weer voor een avontuur in het grote onbekende. Hoewel ik vaak roep dat ik geen grote steden liefhebber ben, was La Paz erg goed voor me geweest. Het had stiekem mijn hart veroverd, net als het land zelf. Bolivia heeft duidelijk minder franje dan de mijn voorgaand bezochte landen, maar het is bijzonder prettig land om in rond te reizen. Alhoewel, niet te letterlijk. De plekken en de mensen zijn te gek, het openbaar vervoer daarentegen is toch een stuk minder. De nachtbus naar Uyuni duurt zo’n 12 uur en heeft het slaapcomfort van een trapkast.

Mijn laatste truc zou een 3 daagse trip worden door één van de meest bizarre landschappen van de wereld. In zuidwest Bolivia, vlak tegen de grens van Chili vind je Solar de Uyuni. Een gigantische zoutvlakte gelegen aan de hoogst gelegen woestijn ter wereld.
Met een 4wheel-drive manoeuvreerden we ons door het vreemde landschap. Na eerst een treinkerkhof bezocht te hebben, reden we de zoutvlakte op. Een spierwit biljartlaken dat reikt tot de horizon. Met een oppervlakte van ca. 10.000 egale, witte, vierkante kilometer en de vrijwel altijd blauwe lucht, is de vlakte eenvoudig te spotten vanuit de ruimte. Satellieten gebruiken de vlakte dan ook om hun positie te kalibreren.
Bij het zouthotel, gebouwd van zoutstenen uit het meer, stond een grote Dakar blikvanger. Eerder dit jaar ging de stoet van motoren, auto’s en vrachtwagen dwars door deze woestijn. Meer dan terecht, want het is, behalve onbehaaglijk terrein, ook een noemenswaardige plek.
De vlakte is ontstaan uit prehistorische meren. Ooit was het water hoog, maar het meer is verdampt en het zout is overgebleven. In theorie is het nog steeds een meer, het water bestaat voor 99% uit zout en creëert een dikke zoutkorst die veilig genoeg is om over te rijden. De scheuren in de droge bovenlaag laat het water naar boven komen waar het grote zoutkristallen vormt, wat resulteert in onrealistisch bijenraat patroon.
Alsof dit nog niet vreemd genoeg is reist er midden in de spiegelgladde witte vlakte een heuvel op. “Isla Incahuasi” mag het enige eiland ter wereld genoemd worden dat volledig omringd is door zout. Op de rotsformaties, voorheen uiteraard koraal, nestelen nu cactussen. Geloof het of niet, nergens ter wereld zag ik zoveel belachelijk grote cactussen. Met gemak piekten ze 6 meter boven me uit, werkelijk waar een niet te bevatten plek. Tijd voor een pilsje.

Schuilend achter zonnebril en onder mijn pet raakte ik, tijdens het turen naar de eindeloze horizon, wel eens het besef van positie kwijt. Waar bevind ik me eigenlijk; is het een strand, sta ik in de sneeuw, waar is die horizon eigenlijk? Door de warmte verdwijnt de horizon en zweven de trucks richting het onzichtbare. Spelend met perspectief zijn er, zeker bij een spiegelend laagje water, de meest hilarische foto’s te maken.
De laatste dagen deden me vaak terugdenken aan mijn reis in Oceanië. Ik deelde de auto namelijk met 2 stelletjes (Australisch en Niew Zeeland) en een losse Ozzie. Vooral met de laatste had ik een boel lol en vlogen de dagen net zo snel voorbij als de ontzettend snel wisselende landschappen.

Na dag 1 keerden we namelijk niet meer terug op de zoutvlakte. Spijtig? Niets van dat alles. Het was het startschot van nog veel meer onvoorstelbare landschappen. We reden aan de voet van diverse vulkanen, scheurden door bergketens en overbrugden woestijnen. Een woestijn wordt bepaald door de mate van droogte, hier was zeker sprake van. Toch passeerden we ook verscheidene meren in diverse kleuren met flamingo’s en andere vogels. We speelde verstoppertje in versteende lavazeeën en stonden versteld van de “arbol de pierde” (de boom van steen). De laatste avond kwamen we via de bubbelende en rokende geisers aan bij de beloofde hot-springs. De warmwater bron was gelegen aan een meer en hiernaast stond een minihotelletje. Niet veel luxe, maar genoeg om exclusief in het hete water te mogen zitten. We keken tot diep in de nacht, met een biertje in de hand, naar de fonkelende sterrenhemel boven ons.

Vroeg in de ochtend zagen we het, door de nachtvorst, bevroren meer ontdooien door de warmwater stroom en de zonnestralen. Zo bizar om in een woestijn te staan waar ‘s nachts het water bevriest en een jaarlang de bergtoppen om je heen (die maar enkele meter boven je liggen) gehuld zijn in sneeuw. Op het moment dat we aanstalten maakten voor vertrek kwamen de eerste trucks al aansjezen om een massale backback-soep te maken van onze privé-bron.

Nadat we de Chileense grens hadden aangetikt en een aantal gasten hadden afgezet, begon voor de overblijvers een lange terugreis. Het was een flinke zit, maar de voorbij schietende landschappen waren adembenemend. De wagen bracht ons via het ijzige Antartica, van de kale Maan tot het rode Mars. Het was eigenlijk alsof we aan een grandprix van Super Mario Kart meededen; van Ice-lake tot Choco Island.
Op het moment dat ik dacht dat we alles wel hadden gehad, draaiden we een stenen landschap in. Hoge steenformaties torenden boven ons uit en de 4x4 kon er maar net tussendoor manoeuvreren. Wanneer we door de laatste kier glipten, doemde er ineens een groen landschap met riviertjes en lama’s op. Het voelde alsof ik met Platvoet en z’n vriendjes de verborgen vallei had gevonden. Dat had ik niet aan zien komen, evenals die onvergetelijke lunch!

Mentaal was hij al vanaf het meest Zuidelijke puntje, de Chileense grens, ingezet. De terugreis was begonnen. Vanaf hier moest ik maken dat ik weer in de hoofdstad kwam voor mijn vlucht terug naar huis. Het beloofde een serie enerverende vluchten te worden, maar na de autorit moest ik mezelf eerst weer in die trillende nachtbus hijsen.
Uit elkaar getrokken kwam ik ’s ochtends vroeg aan op het busstation van La Paz. Hier had ik nog een volle dag voordat mijn vliegtuig in de nacht zou vertrekken. Genoeg tijd om mezelf en anderen te voorzien van souvenirs en bovendien ruimte om de laatste straatvoedsels uit te proberen.
Dat laatste ging me uiteraard beter af, ik ben niet zo’n shop-fan. Na een ellendige dag slenteren en afdingen eindigde mijn dag als dakloze in the Wild Rover. Hier was ik eerder geweest en was vrienden geworden met de uitsmijter. Hij herkende me nog en ik mocht mijn laatste uurtjes in de bar slijten. Gelukkig waren er nog bekenden, zodat ik m’n spullen kwijt kon en een douche kon pakken. Teruggekomen in de bar kwam ik zowaar nog meer vrienden tegen van mijn avonturen op de Zoutvlakten en zo waar ook oude bekenden van de Inca Trail.

Ik had bedacht Zuid-Amerika stilletjes via de achteruitgang te verlaten, maar dat kreeg een andere wending. Een klein feestje ontstond en rustig uitzitten was er niet bij. Het was een waardig afscheid te noemen. Veel dank aan de lieve mensen die ik toen zo toevallig tegen mocht komen en aan de altijd onrustige Wild Rover. Ik gooide al mijn laatste centen op een bult en moest als een speer maken dat ik nog op tijd op het vliegveld kwam.

Hoewel het ergens een beetje kriebelde om die taxi te missen en de rest van Zuid Amerika te bekijken ben ik bewust terug gekeerd. Uiteindelijk gaat de tijd altijd te snel en zou je willen dat het nooit ophoudt. Echter moet je reëel zijn en kan zoiets niet oneindig duren. De laatste paar dagen neem je dit voor lief en leef je toe naar het vertrek. Uiteindelijk had ik ook wel zin om terug te keren, ik heb veel spannende en leuke dingen op stapel staan en dat maakte de onvermijdelijke terugweg een stuk gemakkelijker.


“Daar gaan we weer”; aangekomen op het vliegveld was de grote wacht, zit, slaap, lees, typ estafette ingezet. Gelukkig was mijn ritme al zo verstoord dat er al geen logica meer in de dagen zat. De terugreis zou ik via Lima vliegen, dus moest ik eerst nog een stuk terug in de tijd vliegen voordat ik weer vooruit in de tijd zou gaan. Ik was al zo gebroken dat ik de wachttijd van maar liefst 12 uur op het vliegveld van Lima vooral gebruikte om slaap in te halen en wat foto’s uit te zoeken. Ik had graag mijn laatste verhaal getypt, maar spijtig genoeg was stroom en wifi erg zeldzaam.
Ook tijdens de vluchten wist ik mezelf inmiddels aardig in slaap te krijgen. Aangekomen in Madrid zou de 6 uur een eitje moeten zijn. Dit viel tegen. Gelukkig had ik nog één boek bij me dat ik, voordat ik op mijn laatste vlucht stapte, in één ruk uitlas. Uiteindelijk landde ik geheel volgens plan midden in de nacht in Amsterdam, waar ik mij opfriste voor een groot ontvangstcomité. Mijn beide moeders stonden uiteraard met open armen en spandoeken te wachten… Ehm nee hoor, door een fout in de vluchtgegevens dachten zij dat ik vertraging had. Pas veel later op Schiphol werden we, inclusief verrassing, herenigd. Altijd een mooi moment!

Tsja, dan ben je ineens terug van weggeweest en zit je weer in je vertrouwde landje. Na 3 maanden is het zo apart om weer thuis te komen. Veel gemengde gevoelens; treurig dat het avontuur weer voorbij is, enthousiast om mensen weer terug te zien. Helaas komen er ook weer veel dingen op je af waar je minder op zit te wachten. Kleine dingetjes zoals eurotekens, doorspoelbaar-wc-papier en een koelkast maken dan gelukkig een heleboel goed. Verbazingwekkend hoe snel je weer in de stroomversnelling van het dagelijks leven terecht komt.

Het gevoel en de wil om te reizen raakt nooit ‘op’. Je hebt de tijd van je leven en raakt nooit helemaal verzadigd. Het is zelden genoeg, sterker nog, het is een verslaving en een besmettelijke ziekte. Waar je mee om gaat word je mee besmet; reizigers om je heen hebben de meest inspirerende en jaloersmakende verhalen. Naast die prachtige plekken die op de lijst komen, nodigen ze je bovendien ook nog uit om bij hun ‘thuis’ langs te komen.
Er zijn dus wel weer plannen om een volgende reis te ondernemen. Dit keer hoop ik dat er geen 3 jaren tussen zullen zitten, al zal het dan waarschijnlijk van iets kortere duur moeten zijn. Of ik dat dan alleen onderneem of samen met iemand ga, maakt me niet meer uit. Ik heb inmiddels zo veel vertrouwen in de wereld om me heen, dat ik me daar geen zorgen om maak.

Oh,ja.. Zelfs Russel is veilig thuis gekomen en heeft zijn laatste badge gekregen. Tegen alle verwachtingen in heb ik hem niet verloren en is hij zelfs mee geweest naar het concert van Typhoon.
De cirkel was helemaal rond na zijn optreden in de Oosterpoort. Dat ik mijn terugkomst met een dag had vervroegd om hier bij te kunnen zijn, bleek de waarde te hebben die ik had verwacht. Een gedenkwaardige avond met veel vrienden om me heen voelde als een welkom thuis feestje. Dat Glenn tijdens zijn optreden mij alle stations in Midden en Zuid Amerika deed herbeleven had niemand om me heen in de gaten, maar wat was het mooi!

Ik kijk tevreden en voldaan terug op de afgelopen maanden. Ze zijn voorbij gevlogen, de 3 maanden voelen als 3 jaar. Het was een legendarische reis, wederom één met gedenkwaardige en unieke momenten. Iets wat je nooit meer over kan doen. Veel dingen vallen vaak van toevalligheid in elkaar en je kan het niet doen zonder de mensen die je pad kruisen. Het was een reis in het teken van prachtige ontmoetingen in een beeldschoon werelddeel.

Ik ben als persoon weer gegroeid (letterlijk en figuurlijk) en ben met nieuwe energie weer terug gekeerd Ik wil iedereen die mee heeft geleefd en gelezen ontzettend bedanken. Niets is fijner dan te weten dat mensen geïnteresseerd in je zijn of je zelfs oprecht missen. En hoewel ik het, in ál die lappen tekst niet heb beschreven, wil ik zeggen dat ik ‘thuis’ heb gemist en blij ben dat ik weer terug ben.

Thuiskomen blijft voor mij één van de leukste onderdelen van reizen. De vraag is echter; hoelang blijf je thuis..

Bedankt voor het lezen,
Lobi da Basi

Bart

PS: Eerder in mijn verhalen gaf ik aan hoe fijn het is dat je dit mee kan maken. Maar dat ik ook dankbaar was op wat voor manier ik kan leven. Dan doel ik natuurlijk op het westerse bestaan en dat wij financieel in staat zijn zulke reizen te ondernemen. Natuurlijk is het erg prettig dat ik gezond en reislustig ben, maar ook wil ik mijn werkgever bedanken, zij hebben zich heel bereidwillig opgesteld.
Dus zowel de Stichting Welzijn als mijn leiding gevende; bedankt!
En: Uiteindelijk moet je de puzzelstukjes zelf leggen, dus voor iedereen; waar een wil is, is een weg. “If you want some things in life, reach out and grab it!”

Fragment Death Road –Top Gear: https://www.youtube.com/watch?v=WXLxszv9eCM

  • 24 Januari 2020 - 18:48

    Opballend:

    kadepop gaat dit jaar niet door!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Bart

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 3225
Totaal aantal bezoekers 94578

Voorgaande reizen:

07 Januari 2015 - 09 April 2015

Midden & Zuid-Amerika 2015

26 Januari 2011 - 28 Juni 2011

Down Under 2011

12 Juli 2010 - 30 Juli 2010

Campert 2010

07 Juli 2009 - 02 Augustus 2009

Indonesie 2009

21 Juli 2008 - 23 Juli 2008

Nu We Er Toch Zijn (Op Vakantie!)

06 Februari 2007 - 14 Mei 2007

Curacao 2007

23 Juli 2006 - 07 Augustus 2006

Canada 2006

Landen bezocht: